Wanneer je een camera hebt moet je een objectief hebben. Zonder een objectief, ofwel een lens, kun je geen foto maken. Een objectief projecteert de werkelijkheid als een omgekeerd beeld op de sensor (of de film als je analoog fotografeert). Afhankelijk van het objectief zal dit beeld een verkleinde weergave van die werkelijkheid zijn (groothoek objectief) of een vergroting (tele objectief). In dit artikel vertel ik alles over het gebruik van brandpuntafstand.

Geschatte leestijd: 27 minuten

Om het objectief zo goed mogelijk te laten werken bestaat het uit verschillende lenzen die ervoor zorgen dat de projectie op de sensor zo foutloos mogelijk zal zijn. Dit is niet makkelijk want de hedendaagse sensoren hebben zo’n grote resolutie dat fouten in die projectie al snel zichtbaar zijn. Fabrikanten proberen de kwaliteit continu te verbeteren om het beeld zo perfect mogelijk te krijgen. Dat is dan ook een belangrijke reden dat de moderne objectieven zo groot, zwaar, complex en vooral duur zijn. 

Gebruik van brandpuntafstand
Een tas vol lenzen, welke gebruiken we en waarom. Een vraag waarop ik in dit artikel antwoord wil geven.

Hoe de opbouw en werking van een objectief precies is, is voor de fotograaf niet belangrijk. Het is veel belangrijker om te weten wat een bepaalde brandpuntsafstand voor effect heeft op de foto. Dat effect gaat namelijk verder dan alleen iets dichterbij halen of een breed beeld hebben.

Heel vaak lees ik dat fotografen een heel bereik hebben wat betreft brandpuntsafstanden. Er worden objectieven gekocht om elke beschikbare millimeter te hebben. De vraag wat een fotograaf nodig heeft ga ik in dit artikel niet beantwoorden. Ik wil wel laten zien wat je kunt bereiken met een bewuste keuze in brandpuntsafstand. Dan wordt hopelijk ook duidelijk dat je niet elke millimeter in bezit hoeft te hebben.

Wat zijn brandpunten

Wie heeft er wel eens met een vergrootglas en zonlicht gespeeld? Door het zonlicht door een vergrootglas te laten schijnen is het eenvoudig om een stukje (kranten)papier in brand te steken. We houden het vergrootglas op precies de goede afstand waarbij het zonlicht gebundeld wordt tot een klein, fel puntje licht: het brandpunt.

De afstand van het vergrootglas tot dat kleine puntje licht is de brandpuntsafstand van de lens die in het vergrootglas zit. Als we het vergrootglas vervolgens verderaf houden, zodat het brandpunt niet op het papier ligt maar erboven, zal het felle puntje groter worden tot we uiteindelijk zien dat het een projectie van de zon zelf is geworden, in spiegelbeeld.

Gebruik van brandpuntafstand
Gaatjes branden door de krant precies in het brandpunt te houden.

Met een objectief werkt het precies hetzelfde. Het beeld wordt omgekeerd op de sensor geprojecteerd. De tekening hieronder laat dit duidelijk zien. De punten F1 en F2 zijn de brandpunten. De afstand van de lens tot dat punt wordt de brandpuntsafstand genoemd.

Gebruik van brandpuntafstand
Een weergave van de lichtstralen door een objectief. Het punt F1 en F2 zijn de brandpunten. De afstand van het midden van de lens tot punt F1 of F2 is de brandpuntafstand. (This file is licensed under the Creative Commons)

De grootte van het geprojecteerde beeld is afhankelijk van de brandpuntsafstand. Bij groothoek zal dit beeld verkleind zijn en bij teleobjectief vergroot. Ergens is een moment dat de afbeelding in grootte en verhouding overeenkomt met de werkelijkheid. Voor full-frame sensoren (of kleinbeeld film) is dat een brandpuntsafstand van ongeveer 50mm. Dat is mede de reden waarom dit een standaard objectief genoemd wordt.

Bedenk dat een modern objectief uit vele lenzen en lenscombinaties bestaat. Het is werkt dus iets ingewikkelder dan een enkel vergrootglas. Maar het principe blijft nog steeds gelijk.

Objectieven in drie smaken

Brandpuntsafstanden in de fotografiewereld variëren veelal van ± 8mm tot 1200mm (en verder). Dit is veelal voor camera’s die een sensor hebben die groter is dan M43 formaat. Dit is natuurlijk een enorm bereik, dat voor het gemak in drie verschillende soorten brandpuntgroepen verdeeld kan worden. Er zijn de standaard objectieven, de groothoekobjectieven en de teleobjectieven.

Uiteraard ga ik met dit alles uit van het gebruik op een camera met een full frame sensor. Heb je een cropsensor, dan moet je de brandpuntafstand corrigeren met de cropfactor. Wil je alles weten over de cropfactor, dan adviseer ik je om mijn artikel over de cropfactor te lezen.

Standaard objectieven

Dit zijn de objectieven die rond de 50mm brandpuntsafstand zitten. Het beeld dat deze objectieven projecteren komt grotendeels overeen met de werkelijkheid. Ofwel, de grootte van de dingen in beeld, en de onderlinge verhouding, is wat we ook met ons oog waarnemen.

Hoewel alleen de 50mm brandpunt op een full frame overeenkomt met de werkelijkheid, wordt vaak een bereik van 35mm tot en met 60mm (en soms 70mm) als standaard objectief beschouwd. Alles wat daarboven of daaronder valt zit in een van de andere soorten.

Groothoek objectieven

Deze soort objectieven hebben een bredere kijkhoek dan de standaard objectieven. Hierdoor kan er meer op de foto. Dit heeft wel als consequentie dat wat er allemaal op de foto komt kleiner afgebeeld zal zijn. Anders past het niet binnen de randen van de foto. Een groothoek verkleint het beeld dus. Op het moment dat de kijkhoek extreem breed wordt kunnen we spreken van een ultra groothoek.

Gebruik van brandpuntafstand
Het verschil tussen een standaard brandpunt (50mm) en een groothoek

In het bovenstaande vergelijk zie je tot hoever een groothoekobjectief kan gaan. Het rode kader laat de beeldhoek zien van het 50mm objectief. De 17mm brandpunt kan als een ultragroothoek beschouwd worden. Details die in de foto met 50mm te zien zijn raken verloren doordat het in de groothoekfoto zo klein weergegeven wordt. Als we nog ‘breder’ dan ultra groothoek gaan komen we in het gebied van de fisheye objectieven.

Tele objectieven

Deze derde soort objectieven doet net het tegenovergestelde van een groothoek. De kijkhoek wordt smaller dan bij een standaard objectief. Het gevolg van die kleine beeldhoek is een vergroting van het beeld. We halen het onderwerp dichterbij. Bij extreme tele objectieven spreken we van super tele.

Gebruik van brandpuntafstand
Het verschil tussen een standaard brandpunt (50mm) en een tele objectief

In het bovenstaande voorbeeld heb ik een extreem lang brandpunt genomen om te laten zien wat het verschil is met een standaard brandpuntsafstand van 50mm. We zien details die eerder niet zichtbaar waren. De beeldhoek van de 1200mm is zo klein dat alleen het rode vierkantje in de 50mm foto vastgelegd wordt.

Om een tele objectief te simuleren kunnen we natuurlijk ook een deel uit de foto knippen. We krijgen dan een beeld dat overeenkomt met een langer brandpunt. Dit wordt croppen genoemd en heeft als consequentie dat je resolutie lager wordt. Dit croppen kan je natuurlijk ook over laten aan een camera met cropsensor. Die camera heeft een kleinere sensor waardoor er ook een kleiner deel van het beeld wordt vastgelegd, maar dan zonder inlevering van resolutie.

Beeldhoek

Ik heb het nu al een paar keer genoemd: de beeldhoek van een objectief. Deze beeldhoek wordt kleiner naarmate de brandpuntafstand groter wordt. Een fisheye kan de grootste beeldhoek hebben die voor een camera gangbaar is: 180°. dat betekent dat alles van links naar rechts op de foto zal komen. Hoe langer het brandpunt wordt, hoe kleiner de beeldhoek zal zijn. Dat is vrij logisch, maar het wordt duidelijker als we dat in een plaatje zien.

Gebruik van brandpuntafstand
De beeldhoek weergegeven in een plaatje. Hoe langer het brandpunt, hoe kleiner die hoek wordt.

Ongeacht de beeldhoek, of die nu groter of kleiner is dan bij een standaard objectief, zal het geprojecteerde beeld toch de hele sensor bedekken. Het is dus niet zo dat bij een kleinere beeldhoek maar een deel van de sensor belicht zou worden. Door de brandpuntafstand zal het geprojecteerde beeld precies groot genoeg zijn voor de sensor.

In feite is wordt als beeldhoek vaak de diagonaal genomen, en niet van links naar rechts. Erg belangrijk is dit onderscheidt in de praktijk niet.

Het praktisch gebruik van brandpuntafstand

Nu komen we bij de kern van de zaak. Hoe gebruiken we de brandpuntsafstanden in de praktijk? Het meest eenvoudige en traditionele gebruik is het ‘dichterbij halen’ of ‘breder gaan.’ Maar behalve dat is het ook mogelijk om gebruik te maken van de effecten die een kleinere of grotere beeldhoek heeft. En juist deze laatste manier van gebruik is de meest interessante.

Manier 1: Dichterbij halen of breder gaan

Dit is het traditioneel gebruik van brandpuntafstand. Het stelt je in staat om dingen dichterbij te halen, of om meer in beeld te krijgen. Om dit te laten zien heb ik een plekje op de heide uitgekozen, waar ik het landschap met verschillende brandpunten heb gefotografeerd.

Hoe langer het brandpunt wordt hoe kleiner de beeldhoek is. Daardoor komt er weliswaar minder van het landschap in beeld, maar wat er in beeld is zal groter afgebeeld worden. Bij een korter brandpunt wordt de beeldhoek groter en komt er meer van het landschap in beeld. Het zal echter klein in beeld verschijnen, want anders past het niet binnen het kader van de foto. Het fisheye objectief laat het meest zien, tot maar liefst 180° diagonaal in dit geval. Wil ik nog meer op de foto krijgen, dan zal ik een panorama moeten maken.

Gebruik van brandpuntafstand
Van (ultra) groothoek tot (super) tele (klik de foto aan voor een grotere versie)

Dit gebruik van brandpuntafstand in de praktijk

Iedereen die met fotografie bezig is zal dit gebruik van brandpuntsafstand kennen. Op het moment dat een fotograaf niet in de gelegenheid is om dichter bij het onderwerp te komen zal een langer brandpuntsafstand de mogelijkheid bieden om dat onderwerp toch groter op de foto te krijgen.

Tele objectieven en super tele objectieven zijn dan ook heel gewild voor dierenfotografie, vogelfotografie en sportfotografie. Daarentegen zal een interieurfotograaf erg veel profijt hebben van groothoek of ultragroothoek. Daarmee is het mogelijk om de vaak relatief kleiner ruimtes in beeld te krijgen.

Een klapekster; een kleine vogel waar je niet snel dichtbij kunt komen. een tele objectief is bijna een noodzaak. 400mm brandpunt en bovendien ongeveer de helft van de foto gecropt. Om de vogel zo groot in beeld te krijgen zonder een stuk weg te snijden zou een brandpuntsafstand van ongeveer 600mm vereisen.
Een klapekster; een kleine vogel waar je niet snel dichtbij kunt komen. een tele objectief is bijna een noodzaak. Dit is met 400mm brandpunt gefotografeerd en bovendien nadien ongeveer de helft van de foto gecropt. Om de vogel zo groot in beeld te krijgen zonder een stuk weg te snijden zou een brandpuntsafstand van ongeveer 600mm vereisen.

De keuze van het brandpunt is dus ingegeven door de beperkingen die deze fotografen hebben. In het eerste geval (vogelfotografie/sportfotografie) kan de fotograaf niet dichterbij komen en in het tweede geval (interieur) kan de fotograaf niet achteruit.

Manier 2: Achtergrond manipuleren

Heb je geen of minder beperking met betrekking tot hun afstand tot het onderwerp, dan heb je een hele interessante manier voor het gebruik van brandpuntafstand. Het niet langer noodzakelijk om het brandpunt te kiezen omdat we het onderwerp dichterbij halen of om breder te gaan. Je kan in dat geval ook gebruik maken van de beeldhoek om de grootte van achtergrond te manipuleren.

Om dat te laten zien heb ik een bankje met verschillende brandpunten gefotografeerd. Daarbij heb de afstand tot het bankje continu aangepast, om het even groot in beeld te houden. Met andere woorden, bij groothoek stond ik dichtbij, en naarmate de brandpuntafstand groter werd, ben ik verderaf gaan staan.

Gebruik van brandpuntafstand
Bij elke brandpuntsafstand is het bankje op dezelfde grootte op de foto gezet. Dit heeft invloed op de manier hoe het bankje eruit ziet, maar nog meer hoe de achtergrond in de foto verschijnt (klik op de foto voor een vergroting). 

Door dit ‘zoomen met de voeten’ – zoals dat zo populair genoemd wordt – heb ik het onderwerp met elke brandpuntsafstand vrijwel even groot op de foto gekregen. Daarbij zijn er twee dingen die veranderen: het perspectief van het bankje, en de grootte van de achtergrond. Je kunt nog een derde verschil herkennen, en dat is de onscherpte van die achtergrond: de scherptediepte.

In dit geval gebruiken we de verschillende brandpunten niet meer om het onderwerp dichterbij te halen. We gebruiken de brandpunten om het onderwerp heel verschillend in het landschap te laten zien. Daarin zijn vier verschillende veranderingen te onderscheiden.

1. Comprimerend effect van het tele objectief.

De werkelijke afstand tussen onderwerp en achtergrond verandert natuurlijk niet. Maar door een bewuste keuze van brandpunt is het mogelijk om de indruk te wekken dat de achtergrond heel ver weg is, of heel dichtbij. Hoe langer het brandpunt wordt, hoe kleiner die afstand tussen onderwerp en achtergrond lijkt te worden.

Dit is het comprimerende effect van een tele objectief. Dit kan extreme vormen aannemen zoals in de onderstaande foto te zien is: de haven op de horizon ligt ruim 10 kilometer afstand en het duin met de persoon op niet meer dan een paar honderd meter. Als ik dichterbij had gestaan, en de persoon met groothoek had gefotografeerd, was de achtergrond onherkenbaar klein in beeld geweest.

De haven van Zeebrugge lijkt dichtbij door de compressie van een tele objectief. Toch staan de kranen op de horizon ruim 10 km verwijderd van de persoon op het duin.
De haven van Zeebrugge lijkt dichtbij door de compressie van een tele objectief (400mm). Toch staan de kranen en windmolens op de horizon ruim 10 km verwijderd van de persoon op het duin (opgemeten via Google Maps).

In landschappen kan het uiteen rekken van afstanden ervoor zorgen dat een landschap leeg lijkt. Er komt namelijk nadruk te liggen op de ruimte die tussen die verschillende elementen in het landschap liggen. Het risico bestaat dat een landschap daardoor leeg lijkt te zijn. Het is de reden waarom groothoek zo moeilijk is voor dit soort fotografie.

Een ultragroothoek van 17mm (op fullframe) schept de indruk dat het landschap weidser is dan het in werkelijkheid is.
Een ultragroothoek van 17mm (op fullframe) schept de indruk dat het landschap weidser is dan het in werkelijkheid is. Het risico is aanwezig dat de foto leeg wordt omdat alle onderwerpen klein in de foto komen.

2. Grootte van het onderwerp ten opzichte van de achtergrond

Door de afstand tot het onderwerp te veranderen als je het brandpunt verandert, is het mogelijk om het onderwerp even groot in beeld te houden. Het voorbeeld van de foto’s van het bankje maakt dat duidelijk. Ik heb hiervan nog een voorbeeld, waarbij ik een paaltje met drie verschillende brandpunten heb gefotografeerd. Ik heb ervoor gezorgd dat het paaltje in alle drie de gevallen even groot in beeld is gekomen. Het effect van het brandpunt is dan met name zichtbaar in de achtergrond.

Een reklame boodschap
Gebruik van brandpuntafstand
Drie brandpuntsafstanden naast elkaar waarbij de relatie tot de achtergrond heel duidelijk is. De 50mm zit het dichtst bij wat we zelf waarnemen.

Door het uiteen rekken van de afstand tussen het paaltje en de achtergrond zal die achtergrond heel klein in beeld zijn. Met een tele objectief gebeurd juist het tegenovergestelde. De achtergrond komt heel groot in beeld doordat de afstand gecomprimeerd wordt.

De opname met 50mm brandpunt is hoe we het ervaren met het blote oog. Dat is dus in feite de werkelijkheid. Hoe dit effect ontstaan wordt duidelijk als we naar de beeldhoek van de brandpunten kijken, wat ik in de volgende schematische afbeelding heb geïllustreerd.

Gebruik van brandpuntafstand
Het effect van de beeldhoek bij het fotograferen van het paaltje en het verkeersbord bij verschillende brandpuntsafstanden. Bij 17mm is de beeldhoek groot maar de afstand klein, en bij tele is het juist andersom.

Door het bewust kiezen van een brandpuntafstand wordt het hierdoor mogelijk om te bepalen hoeveel van de achtergrond in de foto te zien is. Je kunt ervoor kiezen je onderwerp met de complete omgeving in de foto te tonen (groothoek), of het onderwerp juist uit de omgeving te isoleren (tele).

3. Onscherpte van de achtergrond

Normaal gesproken zal het gekozen diafragma bepalend zijn voor de scherptediepte in de foto. Maar zoals ik in mijn artikel over scherptediepte uitgebreid heb laten zien speelt afstand tot het onderwerp en brandpuntsafstand een belangrijke rol daarin.

In dit geval is het de bedoeling om het onderwerp ongeacht de brandpuntsafstand even groot op de beeld te krijgen. Zoals in punt 2 duidelijk is geworden, is dit mogelijk om de afstand te vergroten als het brandpunt langer wordt. Dit vergroten van de afstand en het verlengen van het brandpunt heeft een groot effect op de scherptediepte.

Gebruik van brandpuntafstand
Een langer brandpunt laat een kleiner deel van de achtergrond zien. Hoewel de scherptediepte formeel hetzelfde blijft wordt de onscherpte ook ‘vergroot’. We ervaren als het ware een kleinere scherptediepte. De vermelde afstand is de afstand van de camera tot de fiets (uit de exif gegevens)

In principe verandert de scherptediepte niet bij het verlengen van het brandpunt, zo lang het diafragma hetzelfde blijft. Maar omdat de achtergrond bij een tele objectief in deze situatie vergroot wordt, wordt ook de onscherpte van die achtergrond vergroot. Daardoor lijkt die achtergrond onscherper te zijn.

Wil je alles weten over scherptediepte?
Lees dan mijn artikel Scherptediepte in de praktijk.

Hoe het in werkelijk ook is, het gaat erom wat we bij het bekijken van de foto ervaren. We kunnen dankbaar gebruik maken van het vergroten van de onscherpte bij gebruik van een tele objectief zoals in de volgende foto goed zichtbaar is.

Gebruik van minimale scherptediepte door de combinatie van een tele objectief en een grote lensopening (f/2,8)
Gebruik van minimale scherptediepte door de combinatie van een tele objectief en een grote lensopening (f/2,8). Let ook op de grootte van de boom op de achtergrond, die toch op vele tientallen meters afstand staat.

4. Perspectief vervorming

Het laatste effect waar je rekening mee moet houden bij het gebruik van brandpuntafstand is de vervorming van het onderwerp. Vooral bij (extreme) groothoek is dat effect heel erg sterk aanwezig. Dit komt omdat we extreem dicht op het onderwerp moeten staan om het beeldvullend op de foto te krijgen. Alle brandpunten tot 35mm hebben hier in meer of mindere mate last van. Met name bij portretten kan die perspectief vervorming storend zijn of worden.

Portret tijdens een concert met een fisheye. de erg korte afstand tot de artiest levert een enorme vervorming op. Let ook op de grootte van onder andere haar gitaar ten opzichte van het gezicht.
Portret tijdens een concert met een fisheye. de erg korte afstand tot de artiest levert een enorme vervorming op. Let ook op de grootte van onder andere haar gitaar ten opzichte van het gezicht.

Hoe langer het brandpunt wordt, hoe minder perspectief vervorming er zal optreden. Rond de 50 tot 70mm brandpunt is die vervorming zo klein geworden dat deze niet meer te zien is. Dit is onder andere de reden waarom portret fotografen zo graag met brandpunten tussen de 70mm en 200mm werken. Bij langere brandpunten is het voor portret fotografie weer minder leuk omdat de afstand tot je onderwerp tè groot wordt om praktisch te zijn.

Met 85mm is er geen vervorming. Het model staat ruwweg even groot op de foto als van de artiest met fisheye. de lichaamsverhoudiingen kloppen.
Met 85mm is er geen vervorming. Het model staat ruwweg even groot op de foto als van de artiest met fisheye. de lichaamsverhoudiingen kloppen.

Dit betekent niet dat de vervorming van groothoek altijd slecht uit zal pakken. Er kan ook bewust gebruik gemaakt worden van dit effect, net zoals in de concertfoto die ik als voorbeeld heb gebruikt. Voor deze foto is een fisheye objectief gekozen, juist om dit effect te krijgen.

Eerste voorbeeld uit de praktijk

Een fotograaf kan aan de hand van de vier bovengenoemde punten een bepaalde uitstraling aan de foto meegeven door heel bewust voor een bepaald brandpunt te kiezen. Mits het binnen de mogelijkheden valt, natuurlijk. Het gebruik van brandpunten voor bepaalde doeleinden is dan ook niet aan regels gebonden. Kijk maar eens naar de volgende foto waarbij een vos zowel met een groothoek als met een tele objectief gefotografeerd is. De vos is nagenoeg even groot in beeld, maar de grootte van de elementen in de achtergrond geven een heel andere uitstraling aan de foto.

Een vos, zowel met groothoek als met tele op de foto. De vos staat even groot op de foto maar de achtergrond is helemaal anders van uitstraling
Een vos, zowel met groothoek als met tele op de foto. De vos staat even groot op de foto maar de achtergrond is helemaal anders van uitstraling

Natuurlijk moet je onderwerp het toelaten om dichterbij of verderaf te gaan staan, iets wat met wilde dieren vaak niet of erg moeilijk is. Heb je die mogelijkheid wel, dan is de keuze van het brandpunt helemaal bepalend voor hoe de foto eruit gaat zien.

Tweede voorbeeld uit de praktijk

Het volgende voorbeeld is een landschap met een boom in de ondergaande zon. Door gebruik te maken van een langer brandpunt in combinatie met een grotere afstand tot de boom heeft de foto een heel andere uitstraling gekregen. Er is minder blauwe lucht, de wolken zijn groter in beeld, en zo is er meer nadruk op de kleuren van de zonsondergang. Het is niet nodig om tot extremen te gaan. Het verschil tussen een fisheye en een standaard brandpuntsafstand kan al voldoende zijn.

Hetzelfde landschap met een fisheye en een standaard brandpuntsafstand levert twee totaal verschillende beelden op, maar het onderwerp, de boom, is even groot in beeld gebracht.
Hetzelfde landschap met een fisheye en een standaard brandpuntsafstand levert twee totaal verschillende beelden op, maar het onderwerp, de boom, is even groot in beeld gebracht.

Het is niet zo dat de ene foto met een verkeerd brandpunt gefotografeerd is en de andere met het juiste. Wat je kiest is volledig afhankelijk van wat je wilt laten zien.

Derde voorbeeld uit de praktijk

De relatie tussen de grootte van de achtergrond en het onderwerp wordt temeer duidelijk in de volgende twee foto’s uit een trouwreportage. De rozen zijn gefotografeerd met het bruidspaar op de achtergrond. De keuze van het brandpunt in combinatie met de afstand die ik tot de rozen heb, bepalen hoe groot het bruidspaar ten opzichte van de rozen in beeld is gekomen. De rozen zijn in beide foto’s even groot in beeld.

Door iets meer afstand te nemen en een langer brandpunt komt het bruidspaar veel groter in beeld en wordt een witte oninteressante lucht vermeden. De rozen blijven echter even groot in beeld.
Door iets meer afstand te nemen en een langer brandpunt komt het bruidspaar veel groter in beeld en wordt een witte oninteressante lucht vermeden. De rozen blijven echter even groot in beeld.

Een bijkomend voordeel van het gebruik van langere brandpunten is de mogelijkheid om ongewenste elementen op de achtergrond buiten beeld te houden. De witte lucht in de foto met groothoek is opvallend aanwezig en stoort in de compositie. Het langere brandpunt wordt de beeldhoek kleiner waardoor de lucht niet langer in de compositie aanwezig is.

Vierde voorbeeld uit de praktijk

Een extra lang brandpunt maakt het mogelijk om je onderwerp bijna volledig uit de omgeving te isoleren. Voorwaarde is dat je voldoende afstand tot het onderwerp kunt nemen. De volgende foto van een stronk met varen maakt dat duidelijk.

Door gebruik van de groothoek is het hele bos in de achtergrond aanwezig. Het onderwerp valt daarbij letterlijk weg. Door gebruik te maken van een tele objectief wordt maar een klein deel van de achtergrond gebruikt. Zodoende krijgt het onderwerp alle aandacht. Toch blijft de sfeer van het bos aanwezig, mede door het comprimerende effect waardoor het allemaal dichter bij elkaar komt.

Ultra groothoek laat het hele bos zien, terwijl een tele objectief het onderwerp eruit laat springen. De achtergrond blijft echter het gevoel van het bos houden, wat nog duidelijker kan worden bij een grotere scherptediepte.
Ultra groothoek laat het hele bos zien, terwijl een tele objectief het onderwerp eruit laat springen. De achtergrond blijft echter het gevoel van het bos houden, wat nog duidelijker kan worden bij een grotere scherptediepte.

In dit voorbeeld heb ik ook gebruik gemaakt van de kleine scherptediepte. Het stelt me in staat om de aandacht op het juiste onderwerp te richten, zonder dat het bos onherkenbaar is. Het geeft zelfs een soort 3D effect.

Cropfactor

Dat het bewust gebruik van brandpuntafstand invloed heeft op de uitstraling van de foto is duidelijk. Ik ben daarbij in elk voorbeeld uitgegaan van een full frame sensor. Hoe zit het dan met het gebruik van een cropsensor? Is dit anders, of toch niet? Om dat duidelijk te maken moeten we eerst nog even kijken naar wat een cropsensor precies betekent voor de foto.

De brandpuntsafstand is een fysiek gegeven van een objectief; daar verandert een cropsensor niets aan. Een cropsensor legt alleen maar een kleiner stukje van het beeld vast van wat een full frame zou doen, gewoon omdat die sensor kleiner is. Hierdoor lijkt het dat er met een langer brandpunt is gefotografeerd. Het is alsof je een stuk rondom de foto afgesneden hebt. Het is precies hetzelfde als het beeld van een full frame sensor achteraf croppen.

Wat een cropcamera doet is niets meer dan maar een deel van het beeld vastleggen. Dat is alles.
Wat een cropcamera doet is niets meer dan maar een deel van het beeld vastleggen. Dat is alles.

Alles over cropsensoren, de cropfactor, en wat het betekent voor je fotografie
kun je lezen in mijn artikel De cropfactor

Het gebruik van een cropsensor heeft natuurlijk effect op de keuze van het brandpunt. Immers, 16mm groothoek op een full frame levert dezelfde beeldhoek op als een 10mm groothoek op een 1,6x cropsensor. Een 300mm objectief op een 1,5x cropsensor levert dezelfde beeldhoek op als een 450mm op een full frame sensor.

In de praktijk zal de fotograaf met een camera die een cropsensor heeft dus gewoon gebruik maken van de brandpunten die hij of zij ter beschikking heeft. Zo lang je niet gaat vergelijken met wat je objectief op een camera doet met een andere maat sensor, werkt het gebruik en de keuze van brandpuntafstand precies hetzelfde.

Kiezen van de brandpuntafstand

Uiteindelijk komt het erop neer dat de fotograaf een geschikt brandpunt voor zijn foto moet kiezen. Die keuze wordt in in eerste instantie bepaald door het objectief of de objectieven die de fotograaf op dat moment ter beschikking heeft. Dat kan een of meerdere objectieven met een vast brandpunt zijn, of een zoom-objectief wat een heel bereik aan brandpuntafstanden heeft.

Groothoek, standaard of tele

Het kiezen voor het juiste brandpunt kan in principe heel simpel benaderd worden. Je kiest één van de drie soorten: groothoek, standaard of tele. Welke gekozen moet worden is afhankelijk van de wensen die je als fotograaf hebt, maar ook door de beperkingen die er zijn. Is er bijvoorbeeld ruimte om naar voor of naar achteren te bewegen of niet, of hoe ver bevindt de achtergrond zich van de voorgrond?

Interieur gefotografeerd met ultra groothoek, uit noodzaak omdat het niet mogelijk is meer afstand te nemen.
Interieur gefotografeerd met ultra groothoek, uit noodzaak omdat het niet mogelijk is meer afstand te nemen. Let ook op de vertekening door de ultra-groothoek, ondanks dat deze grotendeels gecorrigeerd is door gebruik van een tilt-shift objectief.

Heb je als fotograaf geen enkele beperking om de afstand tot je onderwerp te veranderen, dan ben je vrij in de keuze van je brandpunt. Je kan dan bewust te kiezen aan de hand van de vier beschreven effecten die de brandpuntsafstand op de uitstraling van de foto heeft.

Vaste brandpunt objectieven en zoom objectieven

Heel simpel gezegd zijn er twee type objectieven op de markt: vaste brandpunt objectieven, ook wel primes genoemd, en zoom objectieven. Over het algemeen zullen de zoom objectieven het meest gebruikt worden, simpelweg omdat met een dergelijk objectief er een hele reeks brandpunten ter beschikking staan.

Zoom objectieven

Zoom objectieven zijn er in soorten en maten, van een gewoon zoombereik zoals een 24-70mm, tot extreme zoom zoals een 18-300mm. Deze objectieven maken het heel eenvoudig om met een handomdraai het onderwerp dichterbij te halen. Het gevaar schuilt dat daardoor een brandpunt alleen op die manier gebruikt wordt: om dingen dichterbij te halen. Er wordt vaak vergeten dat de brandpuntsafstand ook op die andere manier ingezet kan worden.

Ook zoom objectieven zijn er in verschillende varianten. Op deze foto een 24-70mm op een fullframe camera (links) en een 15-85mm op een 1,6crop camera.
Ook zoom objectieven zijn er in verschillende varianten. Op deze foto een 24-70mm op een fullframe camera (links) en een 15-85mm op een 1,6crop camera.

Primes

Vaak wordt beweerd dat bij fotograferen met primes – een vast brandpunt – de fotograaf bewuster te werk gaat; er is op dat moment immers maar één enkel brandpunt ter beschikking. En ja, dit is waar – deels. Ook met primes heb je groothoek, standaard en tele objectieven. Maar in vergelijk met een zoom objectief kun je maar een van de drie tegelijkertijd op de camera hebben. De keuze welke dat zal zijn wordt in veel gevallen heel erg bewust gemaakt, met in gedachten de gewenste manier hoe de achtergrond in de foto zal verschijnen. Even snel in- en uitzoomen is niet mogelijk.

Een setje vaste brandpunt objectieven; lichtgevoelig en daarom geschikt voor opnames bij weinig licht.
Een setje vaste brandpunt objectieven; lichtgevoelig en daarom geschikt voor opnames bij weinig licht.

Maar dit bewust kiezen kan natuurlijk ook met een zoom objectief. Echter, met een zoom objectief blijft het heel erg verleidelijk om de grootte het onderwerp in de foto te bepalen door te zoomen in plaats van de afstand te wijzigen waardoor er minder gelet wordt op hoe de achtergrond in de foto verschijnt. In dit opzicht zal de fotograaf met een zoomobjectief net zo bewust, zo niet bewuster, om moeten gaan met de keuze voor brandpuntsafstand.

Tot slot

Voor veel fotografen is het een sport geworden om alle brandpunten tussen ultra-groothoek en supertele in bezit te hebben, al dan niet in de vorm van twee, drie of meer zoom objectieven. Het idee is vaak dat daarmee in alle situaties is voorzien en dat er geen ‘gat valt’ in dat enorme brandpunt bereik van 11mm tot 800mm of meer. Ik krijg daar ook altijd het gevoel bij dat die fotograaf zich dan misschien niet meer (of heel erg weinig) beweegt en de grootte van zijn onderwerp alleen bepaald door in- of uit te zoomen.

Toch is het niet nodig om al die brandpunten ook in bezit te hebben, laat staan dat een stukje brandpuntsafstand missen funest is. Het idee achter dit artikel is dan ook dat de fotograaf zijn brandpuntsafstand bewuster gaat gebruiken om zodoende de relatie tussen het onderwerp en de omgeving naar eigen inzicht en wens in beeld te brengen, dan om iets alleen maar dichterbij te halen. Ik denk en hoop dat ik daarvoor genoeg voorbeelden in dit artikel heb laten zien.

Soms kan het niet genoeg zijn: nog een objectief erbij omdat het kan. Maar vaak is er geen noodzaak toe. Soms wel.
Soms kan het niet genoeg zijn: nog een objectief erbij omdat het kan.
Maar vaak is er geen noodzaak toe. Soms wel.

Ter info, de verschillende brandpunten zijn behaald met de volgende combinaties:
Een full frame camera met
– 15mm fisheye
– 24-70mm 
– 100-400mm
– 100-400mm + 2x teleconverter
Een 1,6x cropcamera met 100-400mm + 2x teleconverer voor de foto overeenkomstig met ±1200mm 

Advertentie
adsense
Abonneer
Laat het weten als er
guest

42 Reacties
Nieuwste
Oudste
Inline feedbacks
Bekijk alle reacties
Tonneke Rulo
Tonneke Rulo
2 jaren geleden

Ik fotografeer pas, heb met veel belangstelling het verhaal gelezen.Heb alleen een vraag; ik heb een Sony a6000 en wil eigenlijk een lens gebruiken voor op
vakantie, is een Fe 24-240 of een e 18-200 een juiste lens voor mij ??

Jan Oosterlaak
Jan Oosterlaak
3 jaren geleden

Na heel wat jaren weer eens mij verdiepen in mijn camera. In 1972 een cursus fotograferen en afdrukken gedaan, natuurlijk met een rolletje. Hiermee kon ik lezen en schijven. Simpele toestellen maar wel prettig. Ook nu een gewoon toestel Fujifilm HS30ERX. Maar het gevoel blijft op sommige momenten vindt ik persoonlijk moeilijker. De vaste in stelling van ISO 100 blijft toch mijn uitgangspunt. Diafragma en sluitertijd zijn daaraan ondergeschikt. Maar door jouw site iets meer vertrouwen in mijn toestel gekregen.

DSCF1469.a.jpg
Jacky Uijl
Jacky Uijl
3 jaren geleden

wat een heldere uitleg, dank je wel!

Loes Lamers
Loes Lamers
5 jaren geleden

Wat een genoegen om zo’n heldere uitleg te lezen! Eens kijken wat ik op jouw site ga vinden over belichting, sluitertijd, diafragma. Ik word er helemaal enthousiast van, en het geeft me veel inzicht over de (on)zin van een nieuwe aanschaf. Dankjewel!
Ook eens oriënteren op workshops die je geeft 😉

Eric
Eric
5 jaren geleden

Erg leerzaam dit verhaal. Ik heb echter één vraag. Ik heb enkele Lumix M43 camera’s maar ook een canon en 2 Konica Minolta camera’s. Ik kan de lenzen van de Canon en KM dmv een adapter op de Lumix gebruiken. Veranderd dat ook de brandpuntsafstand? Volgens een collega van mij niet maar ik denk dat het wel zo is. De lens komt namelijk verder van de sensor af te staan. Alvast bedankt voor je reactie.

Loes Lamers
Loes Lamers
Antwoord aan  Nando Harmsen
3 jaren geleden

Is het feitelijk niet zo dat niet ‘je OBJECTIEF zich gedraagt als…’ maar dat ‘je SENSOR zich gedraagt als….’ ? >> Je sensor bepaalt toch dat er gewoon een stuk van je foto afgesneden is (ten op opzichte van een projectie op een fullframe sensor).

Nicole
Nicole
6 jaren geleden

Super heldere uitleg. Ik zat te twijfelen of ik voor mijn reis naar Zuid-Afrika nog een 300mm objectief zou kopen (ik heb een objectief met 200mm), maar ben door jouw artikel eruit. Ik denk dat mijn huidige objectief voldoende is. Scheelt mij weer een aankoop 🙂

Harrie
Harrie
7 jaren geleden

Heel fijn en duidelijk uitgelegd, ik mis echter iets over detailverlies op grotere afstanden. Welke brandpuntafstand geeft fijne details het beste weer bij gelijke afbeeldingsmaatstaf? Zo tob ik al heel lang met het verschil tussen wat zichtbaar is op het matglas en wat er later zichtbaar is op de monitor. Gebruikte objectieven: Leica Macro Elmar1: 4 100mm; Zeis Luminar 25mm; Nikon Micro 55 en 105mm. Gebruikte camera’s: D300s; D700; Nikon Df. Alle mogelijke voorzorgen genomen om trillingsonscherpte te voorkomen, op diafilm, bijv. Agfachrome 50s had ik hier nooit last van. Weet u hier een verklaring voor of hopelijk een oplossing?… Lees verder »

trackback
7 jaren geleden

[…] Gebruik van brandpuntafstand […]

Marina
Marina
7 jaren geleden

Als beginnend fotograaf ben ik informatie aan het opzuigen. Met veel belangstelling lees ik nu de informatie op je site! Hartelijk dank voor het delen.

Ronald
Ronald
7 jaren geleden

Als nieuwe bezitter van een spiegelreflex heb ik de laatste tijd veel gelezen. gelezen,
Maar de uitleg in het item basistechniek overtreft alles.
Gewoon heel duidelijk, top