Werken met grijsverloopfilters – deel 1
Wanneer je een landschap fotografeert, en je merkt dat de lucht veel te licht is als de belichting op de voorgrond ingesteld wordt, of de voorgrond te donker is wanneer je de belichting op de lucht in stelt, dan is het dynamisch bereik van wat je wilt fotograferen te groot. In dat geval kan een grijsverloopfilter de oplossing zijn. Maar hoe kies je het juiste grijsverloopfilter? In dit artikel geef ik hier een antwoord op.
Geschatte leestijd: 10 minuten
Herken je het hierboven geschetste probleem? Het is iets wat iedere fotograaf wel eens mee maakt. Om te voorkomen dat je overbelichte delen, of silhouetten in je foto krijgt, kun je er voor kiezen om een andere compositie te maken zodat het probleem omzeild wordt. Je kunt natuurlijk ook proberen gebruik te maken van het dynamisch bereik van je camera, of door een belichtingstrapje te maken, in combinatie met een HDR nabewerking. Of je gebruikt een grijsverloopfilter. De vraag is dan: hoe kies je het juiste grijsverloopfilter?
Ik maak gebruik van het Haida M10 filtersysteem, met de Red Diamond filters. Lees meer over deze fantastische filters in mijn review:
https://www.nandoonline.com/review-van-het-haida-m10-filtersysteem/
Het grijsverloopfilter
Een grijsverloop, of gradient filter, vaak afgekort als een GND filter, is een stukje glas of kunststof dat aan de bovenzijde neutraal donkergrijs is, en aan de onderzijde volledig transparant. Halverwege het glas is er een geleidelijk verloop van donker naar licht, wat betekent dat alleen aan de bovenzijde licht tegengehouden wordt.
Met dit filter is het mogelijk om een deel van de foto “donkerder” te maken. bevind je je in een situatie waarbij een deel van een foto veel lichter is dan het andere deel, kun je met dit filter het lichte deel even donker, of nagenoeg even donker maken als het andere deel.
Een grijsverloopfilter gebruiken is leuk, maar welke moet je gebruiken? Er zijn veel verschillende soorten te verkrijgen. Je hebt soft grijsverloopfilters, hard grijsverloopfilters, maar ook medium grijsverloopfilters. Kijk je goed rond, dan zijn er ook nog de omgekeerde (reverse) grijsverloopfilters te krijgen. Bovendien heb je al die grijsverloopfilters in verschillende sterktes, variërend van 1 stop tot 4 stop.
Heb je moeite met het werken met stops? Lees dan mijn artikel over werken met stops:
https://www.nandoonline.com/tutorial/alles-over-sluitertijd-diafragma-en-iso/
Hoe kies je nu de juiste sterkte van het grijsverloopfilter?
Hoe bepaal je nu welke sterkte het grijsverloopfilter moet zijn? Er zijn namelijk grijsverloopfilters die 1 stop licht tegenhouden, maar er zijn er ook die 2 stops, 3 stops, en zelfs 4 stops licht tegenhouden. Je zou zelfs nog meer licht kunnen blokkeren door twee filters te combineren, bijvoorbeeld een 2 en een 3 stops filter, waardoor je maar liefst 5 stops licht tegen houdt.
Op de gok een grijsverloopfilter kiezen
Je kunt natuurlijk zomaar een filter pakken en gebruiken. Is het te donker, dan kun je overstappen op een minder sterk filter. Is het niet donker genoeg, dan kun je een sterker filter pakken of een tweede plaatsen. Maar pas op, een te donker grijsverloopfilter zal de lucht donkerder kunnen maken dan de voorgrond. Dan heb je de omgekeerde wereld, en dat is in de meeste gevallen ook niet wat je wilt. Het is bovendien moeilijk om op het kleine scherm van je camera te zien wat goed is. Hoe kies je dan het juiste grijsverloopfilter?
Kijk ook naar mijn lezing over systeemfilters speciaal voor fotoclubs, verenigingen en fotogroepen
De lezing Fotograferen met Systeemfilters
De juiste sterkte van het grijsverloopfilter berekenen
Hoe kies je het juiste grijsverloopfilter? Je kunt op je gevoel af gaan, maar je kunt ook berekenen welke sterkte het grijsverloopfilter moet zijn. Hiervoor meet je de belichting van de lucht, en de belichting van de grond. Je kunt dan exact uitrekenen hoeveel stops verschil er tussen die twee metingen zitten. Zo sterk mag het filter dan maximaal zijn.
Met de twee bovenstaande foto’s heb ik de belichtingen van de voorgrond en de licht. Nu ik weet welke belichtingen voor welk deel nodig zijn, kan ik het verschil in stops uitrekenen tussen de lucht en de voorgrond. Dit is 3 stops verschil in belichting. Reken maar mee: 1/1000 -> 1/500 -> 1/250 -> 1/125
Dit betekent dus, dat ik door een 3 stops grijsverloopfilter te plaatsen, de lucht 3 stops donkerder maak. Hierdoor is voor de lucht dezelfde belichting nodig als de voorgrond: 1/125 sec
Hoe stel je de belichting in bij gebruik van het grijsverloopfilter?
Indien je weet hoeveel stops je grijsverloopfilter moet zijn, hoe stel je dan de juiste belichting in? Je hebt ten slotte twee metingen gedaan die veel verschillen, en bovendien nog een grijsverloopfilter geplaatst. Kun je dit gewoon met diafragma voorkeuze doen, of moet je toch handmatig de belichting instellen? Het antwoord is; beiden zijn mogelijk.
Lees meer over het gebruik van de PSAM instelling voor je belichting in mijn artikel:
https://www.nandoonline.com/psam-modes/
Handmatig instellen van de belichting
Gebruik je graag een handmatige instelling van je camera, dan moet je zorgen dat je de belichting op de voorgrond in stelt. Deze heb je gemeten, dus je weet wat die is. Het grijsverloopfilter zorgt ervoor dat de lucht dezelfde helderheid zal krijgen. In het voorbeeld dat ik hierboven heb laten zien, is dat de 1/125 sec.
Het grappige is, dat bij een nieuwe meting van de belichting het niet uitmaakt waar je meet – mits je geen spotmeting gebruikt. De helderheid van de foto is door het grijsverloopfilter overal hetzelfde geworden, zodat je – in theorie – op elke plek 1/125 sec zult meten.
Natuurlijk zullen er wel plekken zijn waar de belichting wel wat anders is, dus er kunnen afwijkingen zijn, maar gemiddeld genomen zal het overal hetzelfde zijn.
Gebruik van diafragma voorkeuze
Het gebruik van de diafragma voorkeuze stand van de camera is in feite de makkelijkste manier. Tenzij je spotmeting gebruikt, zal de lichtmeter van de camera de gemiddelde belichting over het hele beeld meten. Doordat het grijsverloopfilter de helderheid over het hele beeld gelijk heeft gemaakt, zal de belichting bij het plaatsen van een grijsverloopfilter automatisch op de juiste manier gecorrigeerd worden.
In feite is het enige verschil met handmatig belichten, dat de camera de sluitertijd automatisch kiest, in plaats dat je het zelf in stelt.
Wat als een grijsverloopfilter niet voldoende is?
Wanneer het dynamisch bereik van hetgeen je aan het fotograferen bent zo groot is dat een grijsverloopfilter niet voldoende is, dan kun je proberen om er meerdere te combineren. Dat kan op de meest creatieve manieren gebeuren.
Combineer daar waar nodig grijsverloopfilters. Lees mijn blog artikel over één van deze manieren:
https://www.nandoonline.com/creatief-gebruik-van-meerdere-grijsverloopfilters/
Er zijn echter momenten dat het met meerdere filters ook niet zal lukken, hoe creatief je ook bent. In die situaties ben je toch aangewezen op het maken van een belichtingstrapje, om die foto’s vervolgens samen te voegen met HDR technieken.
Je zou denken dat een grijsverloopfilter dan geen zin heeft. Toch kan een grijsverloopfilter ook bij HDR veel nut hebben. Doordat het dynamisch bereik met grijsverloopfilters minder wordt, zal het maken van een HDR foto veel eenvoudiger worden. Je hebt met het filter de extremen namelijk al terug gebracht.
Hierdoor kun je misschien met minder foto’s een belichtingstrapje maken, of je hebt minder last van overstraling bij de lichtste delen in de foto. De nabewerking van je foto zal ook wat eenvoudiger worden.
[…] Terwijl de ene camera aan het werk was voor een nieuw time lapse experiment konden we ongestoord genieten van een prachtig einde van de dag, met een vrijwel onbewolkte hemel en een felle zon die schitterde in het ijs op het Starven. Een fijn moment om tot rust te komen. De bovenstaande foto is tevens een van de eerste opnames waarbij ik gebruik gemaakt heb van mijn Lee 1,2ND (4 stops) hard grijsverloopfilter. […]
[…] Lees ook mijn artikel over het kiezen van de juiste sterkte van het grijsverloopfilter:Hoe kies je het juiste grijsverloopfilter? […]
Wat ik weet om de verschillen bij de eerste meting te doen is dat je met spotmeting in zowel je voorgrond als je in jouw voorbeeld de lucht de lichtste delen moet meten. Is dat ook zoals jij dat doet Nando?
Verder weer een mooi stuk over het gebruik van de filters wat je mooi kan oefenen voor je aan het echte werk in het veld begint.
Hey Bas, dank je voor het reageren.
Een spot meting is inderdaad mogelijk. Toch blijf ik spotmeting een lastige, want als je die spot net op een iets minder licht deel zet, of een heel donker deel, dan bestaat de kans dat je op het verkeerde been gezet wordt. Ik ben voor dit soort metingen absoluut voorstander van het gemiddelde meten. Dat is zekerder, denk ik.
Maar als je dit een prettigere manier vindt, is dat natuurlijk geen probleem en moet je het zeker gebruiken. Het belangrijkste is, dat je resultaat naar wens is 🙂
Daar zit wel wat in wat je zegt Nando. Ik kijk nu naar mijn lichtmeter en zoek 2x het lichtste punt op. Maar jou methode ga ik zeker uitproberen. Bedankt voor de reactie.
Graag gedaan, Bas.