Scherptediepte is belangrijk voor de uitstraling van de foto. Soms maken we de keuze om een hele kleine scherptediepte te gebruiken, zodat alleen het onderwerp of een deel van het onderwerp scherp is en de rest helemaal niet. Soms kiezen we voor een grote scherptediepte en zorgen we zo dat er voldoende scherp is. En soms willen we als fotograaf gewoon werkelijk alles scherp in beeld hebben, van voor tot achter en nog verder. In dat geval moeten we de hyperfocale afstand gebruiken.
Geschatte leestijd: 16 minuten
Scherptediepte blijft een lastig fenomeen, zeker omdat er zoveel verwarring kan zijn over wat scherptediepte is, hoe die ervaren wordt en wat de scherptediepte beïnvloed. Maar ook het door elkaar halen van benamingen en termen maakt het erg moeilijk om het goed te begrijpen. Wie het nog eens allemaal wil nalezen verwijs ik naar mijn artikel over scherptediepte in de praktijk.
Scherpediepte, hoe zat het ook al weer?
Scherptediepte wordt onder andere bepaald door de diafragmaopening. Hoe kleiner die opening, dus een groter diafragmagetal, hoe meer scherptediepte er zal zijn. Hoeveel scherptediepte een diafragmaopening zal opleveren kan uitgerekend worden met speciaal daarvoor ontwikkelde calculators, die zowel online te raadplegen zijn, als beschikbaar zijn als apps voor je smartphone of tablet. Je zult dan ook zien dat niet alleen het diafragma de scherptediepte bepaald. De cropfactor, het brandpunt en de afstand tot je onderwerp zijn allemaal bepalend voor hoe de scherptediepte zal zijn.
Zoveel mogelijk scherp in beeld
Wanneer je zoveel mogelijk scherptediepte wil hebben is het dus belangrijk om het diafragma zo ver mogelijk dicht te zetten. De scherptediepte kan dan zo groot worden dat deze tot voorbij oneindig komt. Er zal dus ook altijd een scherpstelafstand bestaan waarbij de scherptediepte van heel dichtbij tot exact oneindig loopt. Die scherpstelafstand wordt de hyperfocale afstand genoemd.
Hyperfocale afstand is dus de afstand waarop scherp gesteld moet worden om de scherptediepte van zo dichtbij mogelijk tot exact oneindig te hebben.
Hoe ver de hyperfocale afstand is, is afhankelijk van het brandpunt, de cropfactor en het gebruikte diafragma. De afstand wordt in dit geval uitgerekend bij een scherptediepte die exact tot oneindig loopt. Hyperfocale afstand is dus ook niet voorbehouden aan alleen groothoek en ultagroothoek objectieven. Ook een tele objectief heeft een hyperfocale afstand, hoewel die over het algemeen niet echt bruikbaar is.
Om een voorbeeld te geven; bij gebruik van een 200mm brandpunt op een full frame camera is de hyperfocale afstand bij f/22 ongeveer 59 meter. Wanneer je op die afstand scherp stelt is de scherptediepte zo groot als maar kan; van ongeveer 30 meter tot oneindig.
Natuurlijk zal een fotograaf vrijwel nooit de hyperfocale afstand op een 200mm objectief gebruiken. Daar is een tele objectief in principe niet voor bestemd. Het gebruik van de hyperfocale afstand zal daarom voornamelijk bij groothoek of ultragroothoek plaats vinden.
Wanneer gebruik je de hyperfocale afstand?
Vooral landschapsfotografen gebruiken vaak de hyperfocale afstand. Ze gebruiken hiervoor het liefst een ultragroothoek objectief met een diafragmawaarde die varieert tussen de f/11 en f/22. Bij deze combinatie van lensopening en brandpuntsafstand is de scherptediepte dus het grootst.
Tot hoever je met je diafragma wilt gaan is persoonlijk aangezien enige achteruitgang in scherpte zal ontstaan bij diafragma’s die kleiner worden dan f/8 of f/11. Dit verschijnsel wordt diffractie genoemd.
Waar je grens ligt van wat je nog een acceptabele scherpte vindt, kun je eenvoudige uitzoeken door een aantal testfoto’s met verschillende diafragma’s te maken en de scherpte minutieus te vergelijken.
Hoe bereken je de hyperfocale afstand?
Hoe weet je nu op welke afstand je moet scherp stellen om van vooraan tot oneindig scherp in de foto te krijgen? Dit is namelijk geen standaard afstand. De hyperfocale afstand is ten slotte helemaal afhankelijk van je brandpunt (gecorrigeerd met de cropfactor) en het gebruikte diafragma.
Gebruik je een zoom objectief, dan zal de hyperfocale afstand dan ook nog eens per gekozen brandpunt anders zijn. Je kunt dus niet eenvoudig een spiekbriefje bij je steken waarop voor elk objectief de juiste hyperfocale afstand vermeld staat.
Gelukkig zijn er de websites en apps die dit uitstekend voor je kunnen uitrekenen. Deze programma’s houden ook rekening met de soort camera die je gebruikt. Je vult je gegevens in; camera, brandpunt en diafragma, om vervolgens de scherptediepte en/of hyperfocale afstand gepresenteerd te krijgen. Het enige wat je dan nog moet doen is deze afstand op je objectief in te stellen en te fotograferen.
Vergeet echter niet de AF uit te schakelen want anders gaat het natuurlijk helemaal mis. Tenzij je natuurlijk exact op het juiste punt de afstand meet.
Het instellen van de juiste hyperfocale afstand
Zoals de bovenstaande foto duidelijk laat zien is het instellen van de hyperfocale afstand niet altijd even gemakkelijk. De moderne objectieven zijn namelijk niet altijd even kwistig met een goede afstandsschaal, als ze er al een hebben. Een afstand als 0,54 meter, zoals uit de voorbeeld foto met een EFS-15-85mm, zal dus alleen bij benadering ingesteld kunnen worden.
Waar is de scherptediepteschaal gebleven?
Wat tegenwoordig ook vrijwel altijd ontbreekt is een scherptediepteschaal, iets wat op de oude objectieven vaak wel aanwezig was. Zelfs op sommige oude (schuif) zoom objectieven. De aanwezigheid van een scherptediepteschaal maakt het mogelijk om zonder een berekening of app de hyperfocale afstand in te stellen. Je hoeft dan alleen maar het oneindig teken op de ingestelde diafragma waarde te zetten, zoals in de onderstaande foto te zien is.
Fotografeer je graag met hyperfocale afstand en een (ultra)groothoek, dan kan het interessant zijn om te kijken voor een objectief die een scherptediepteschaal heeft. Je bent dan wel vrijwel altijd aangewezen op objectieven met een vaste brandpuntafstand. Bedenk wel dat de scherptediepteschaal op een objectief gebaseerd is op een fullframe camera. Wanneer je een cropcamera gebruikt kun je de waarden op het objectief niet langer een op een gebruiken.
Groothoek en hyperfocale afstand
Gelukkig zal de hyperfocale afstand vrijwel altijd gebruikt worden bij groothoek objectieven, objectieven die van nature al een grote scherptediepte hebben. Het zal in dat geval niet erg belangrijk zijn om de hyperfocale afstand erg nauwkeurig in te stellen. Zo lang je maar niet een kortere afstand instelt want dan haalt de scherptediepte het niet tot oneindig.
Gebruik een app of DOF calculator
Reken maar eens mee aan de hand van de bovenstaande foto; een 24mm brandpunt op een fullframe en diafragma f/22. Ik heb de app PhotoPills gebruikt om de scherptediepte uit te rekenen – maar je kunt natuurlijk elke andere DOF calculator gebruiken.
Een goede online DOF calculator is bijvoorbeeld DOFMaster of Photopills
Er zijn er natuurlijk meer te vinden. Gebruik Google om te zoeken op DOF calculator
De genoemde instellingen leveren een hyperfocale afstand op van 0,87 meter. De scherptediepte loopt dan van 0,44 meter tot oneindig. Een afstand van 0,87 meter instellen op het objectief is moeilijk, dus er zal een gok gemaakt moeten worden. Ga je aan de veilige kant zitten door de scherpte op 1 meter afstand in te stellen, dan loopt de scherptediepte van 0,47 meter tot oneindig. Met andere woorden, er is 3 centimeter minder scherptediepte. Dit zal in vrijwel alle gevallen geen enkel probleem opleveren.
Zorg dat je op de juiste plek scherpstelt
Stel je echter de scherpte in op 0,8 meter in plaats van 0,87 meter, dan zal de scherptediepte van 0,42 meter tot 9,36 meter lopen. Ga je nog dichterbij door op 0,7 meter scherp te stellen – want die waarde staat in dit geval wel op de afstand schaal vermeld – dan houden we een scherptediepte over van slechts 0,39 meter tot 3,44 meter. Dit betekent dat alles achter die 3,44 meter niet meer aanvaardbaar scherp zal zijn.
Moet je dus gokken wat afstand betreft, zorg dan dat je zeker aan de veilige kant blijft. Rond de hypefocale afstand dus altijd naar boven af.
Een meetlint gebruiken
Het wordt dus met de moderne objectieven erg moeilijk om de hyperfocale afstand heel erg nauwkeurig in te stellen. Zeker als het om zoom objectieven gaat. Je zou op het oog kunnen inschatten waar het scherpstelpunt zou kunnen liggen om vervolgens daarop scherp te stellen. Of je gebruikt een meetlint, wat in principe mogelijk is aangezien bij brandpunten die 24mm of korter zijn de hyperfocale afstand nooit veel verder dan ruwweg een meter zal zijn (bij diafragma f/22). Of een meetlint praktisch is blijft dan de vraag en wellicht is het niet in alle omstandigheden mogelijk om dit te gebruiken.
De DOF knop gebruiken
Als alternatief kun je de scherptedieptecontroleknop gebruiken, een knop die vaak vergeten wordt omdat deze niet echt bruikbaar lijkt of waarvan het nut niet duidelijk is. Met deze knop zal het diafragma naar de ingestelde waarde dicht gaan en zo de scherptediepte zichtbaar maken. Met andere woorden; het wordt in principe mogelijk om met het beeld door de zoeker te controleren of de scherpte ook echt tot aan de horizon loopt. Door de knop ingedrukt te houden en vervolgens scherp te stellen kan zo de hyperfocale afstand op zicht instellen. Mits je natuurlijk vanaf de kortste instelafstand gaat draaien, want andersom zal veel lastiger zijn.
Wie de scherptedieptecontroleknop al eens geprobeerd heeft zal merken dat het beeld door de zoeker heel erg donker wordt. Dat is logisch, aangezien het diafragma naar de ingestelde waarde dichtdraait en dus minder licht door laat. Ondanks dat we dan de scherptediepte zichtbaar maken zal het in de praktijk nagenoeg onmogelijk zijn om de scherpte bij die kleine lensopeningen goed te controleren: het beeld is simpelweg te klein en te donker geworden.
Live view gebruiken met de DOF knop
Gelukkig hebben we op de meeste moderne camera’s live view ter beschikking. Daarmee krijgen we de mogelijkheid om de het beeld dat we willen vastleggen op een groter scherm achter op de camera te bekijken, en we kunnen bovendien ook nog inzoomen.
Combineren we dit met de scherptedieptecontroleknop, dan kunnen we de scherpstelling zo instellen dat alles op oneindig nog net binnen het scherptegebied valt. Ook hier is het van belang om de focus vanaf de korte instelafstand te gaan instellen tot het verst gelegen punt nèt scherp is.
Vergroot het beeld maximaal in op dit punt voor het meest nauwkeurige resultaat. Het vergt enige oefening, maar wanneer je de slag te pakken hebt kun je eenvoudig van elk objectief de hyperfocale afstand vinden zonder andere hulpmiddelen.
Lees ook mijn artikel over het instellen van hyperfocale afstand
Gebruik Photopills voor de hyperfocale afstand
De Electronische View Finder
Voor wie een camera met een elektronische zoeker heeft (Electronic View Finder, ofwel EVF) kan in het voordeel zijn. De EVF zal over het algemeen het beeld laten zien met de scherptediepte van het ingestelde diafragma. Hoewel dit beeld niet donker is (in tegenstelling tot het zoekerbeeld van een spiegelreflex wanneer de scherptedieptecontroleknop ingedrukt is), is ook hier is het beeld klein en misschien niet duidelijk genoeg.
Maar de EVF heeft mogelijk een ander voordeel: zo heeft de Fuji X-Pro2 en de X100t een handige afstandsschaal in de zoeker geprojecteerd, waarbij niet alleen de ingestelde afstand zichtbaar is, maar ook de scherptediepte bij het gekozen diafragma. Deze optie is vaak ook zichtbaar op het LCD scherm van de camera (zie onderstaande foto). Dit is erg handig en maakt het gebruik van hypefocale afstand erg makkelijk en intuïtief.
Of andere fabrikanten van mirrorless camera’s deze mogelijkheid ook hebben weet ik niet, maar het is de moeite waard om dit even uit te zoeken.
Waar moet je allemaal op letten?
Hyperfocale afstand is leuk en het lijkt ideaal. Immers; alles in de foto is scherp. Het instellen kan wel wat moeilijkheden opleveren, afhankelijk van het gebruikte materiaal, maar met een beetje oefenen moet dat altijd wel lukken. Let in ieder geval op de volgende aandachtspunten:
- Maak gebruik statief vanwege de vaak lange sluitertijden
- Gebruik bij voorkeur een groothoek of ultra groothoek
- Zet beeldstabilisatie uit (bij gebruik op statief)
- Stel handmatig scherp
- MLU gebruiken (Mirror Lock Up, ofwel spiegel opklappen)
- Een draadontspanner of selftimer gebruiken
- Maak gebruik een van de bovenstaande methoden om de juiste hyperfocale afstand in te stellen
Echter, wil je wel alles scherp hebben? Is een zo groot mogelijke scherptediepte voor landschappen altijd noodzakelijk ? Hoewel hyperfocale afstand in landschapsfotografie een heel makkelijke manier lijkt te zijn, staat dat niet altijd garant voor een goede, interessante foto. Alles scherp betekent namelijk dat er een groot risico is dat de kijker niet meer weet wat het onderwerp in de foto is. Daarom wil ik tot slot nog verwijzen naar een eerder verschenen blog: “Hyperfocale afstand… of toch niet?“
Fotografeer jij graag met hyperfocale afstand? Of toch liever niet? Laat het weten in een reactie hieronder.
Bedankt Nando, goed artikel. Ik weet wat hyperfocelae afstand is maar heb er nog niet echt mee gewerkt. Ik heb een 10 – 18 mm Canon lens en een 24 – 105 mm Canon lens. En ook een Canon EOS 7D Mark II. De DOFknop heb ik nooit gebruikt maar dankzij jou weet ik nu wat ik ermee kan.
Groetjes Rob
Hallo Rob,
Dank je voor je reactie. Succes met het gebruik van hyperfocale afstand.